Een stille morgen. Een sporadisch moment van rust in huis. De kinderen naar school en de speelzaal. Ik ontsteek een kaarsje. Doelbewust.
Het is bijna kerstfeest. Feest om de komst van Jezus. Zijn komst: niet als een donderslag bij heldere hemel. Maar als een baby’tje: klein, kwetsbaar, onopvallend, nietig, afhankelijk. Als een lichtje in de duisternis.
Ik staar in het vlammetje. Klein, kwetsbaar, het flakkert als ik erover blaas. Maar: warmte, glans, en licht.
Het decor…
“De gebrokenheid van de geschiedenis vormt het decor voor de komst van Christus,” preekte Jesse op 3e adventszondag naar aanleiding van de stamboom van Jezus in Mattheüs 1. Zoveel levens die daar genoemd worden – waarbij bijzonder genoeg 4 vrouwen met elk een verhaal vol leed – zoveel levens van gebrokenheid, machtsmisbruik, slavernij, onrecht, vluchten, misbruik, moord. En dan komt Jezus; de Jezus waarvan Mattheüs laat zien: Ik stap in de geschiedenis, in deze lijn van gebroken mensen; dáár hoor Ik bij.
Ik sluit de gordijnen en maak het donker. Want hoe donkerder het is, hoe beter je een klein, kwetsbaar vlammetje kunt zien.
…een bende
“De boodschap van kerst is dat deze wereld een bende is en dat we onszelf nooit kunnen redden van onszelf. We hebben een Messias nodig.
Een kind is ons geboren.”
Zo schrijft Ann Voskamp in Het grootste geschenk. En alles in mij schreeuwt: “Ja, ja.” Deze wereld; een bende. Mijn leven; mijn lichaam; mijn gedachten; mijn angsten. Zo geregeld niet meer dan ‘een bende’. Ja, een redder is nodig!
Ik staar in het vlammetje. Haal adem en blaas weer uit. Onbewust. Ik leef. In het licht is een kaarsje niet meer dan een gezellig attribuut, een fijn, warm accessoire. Maar in het donker, is een kaarsje nódig.
God keert alles om
“God keert alles om en laat door Jezus zien, dat de hemel met Zijn komst de aarde raakt.” (Sela) In die duisternis, te midden van die bende, is er blijkbaar hoop. De wereld: een bende. Elk naam uit de stamboom van Jezus: een verborgen wereld aan leed. Elke naam vandaag de dag: gebrokenheid en scherven. Maar God zet heilige voeten bovenop de scherven. Laat zich ontstaan in een klein kwetsbaar meisje. Haalt een eerste ademteug en leeft. Leeft, leeft, en leeft; en laat zich doorboren door puntige pijlen van gebrokenheid, van duister, van een bende.
Ik kniel neer. Ik tuur in het vlammetje. En ik voel de teleurstelling en gebrokenheid tot in mijn vezels. De bende. In de wereld, in mij. 2017: een jaar als een donker decor.
Jezus
En dan: Jezus. Zijn gebroken, aan stukken gereten, doorboorde verhaal. Daarin is mijn verhaal een komma, een letter, een puntje; mijn verhaal opgenomen in Gods verhaal. En zo schrijft God geschiedenis. Aaneengeregen gebroken verhalen. Maar te midden van het kleine, het onbeduidende, het alledaagse normale gebroken leven, ontvouwt God…Jezus.
Ik neem het kaarsje in mijn handen. Voel de warmte. Zie de flikkering van het licht wanneer mijn adem langs het vlammetje glijdt. Tranen zijn niet tegen te houden. Maar doven doen ze het licht niet.
Kerst: het verhaal van de bende die de wereld is, die mijn leven is. Maar deze bende, deze duisternis, vormt een donker decor voor de schittering van een Ster.
Ik wens jullie allemaal een Kerstfeest toe, waarin jullie een klein stralend lichtje opmerken in de wereld, in je leven. Om dan te dansen op de scherven.