[Onder ‘Zoeken naar God’ schrijf ik over het leven – als moeder – met God. Hoe zie ik God terug in het dagelijks leven als moeder? Wat leer ik, door het moeder-zijn, over God?]
(N.b.: Deze blog is een vervolg op de persoonlijke update.)
Pijn.
Ik heb pijn. Niet een normale pijn. Nee, ik heb fantoompijn.
–> de fantoompijn (m/v) [fan•toom•pijn] zelfst.nmw.: een pijnsensatie die beleefd wordt als afkomstig van een geamputeerd lidmaat.
Dromen en hopen
Ruim 20 maanden geleden was het; ik was hoogzwanger van Joël, en we droomden van de uitbreiding van ons gezin. Na een zeer moeizame bevalling was het zover: net voor de zomervakantie werd Joël geboren, wat een geluk! Ik wist dat mijn lichaam een hersteltijd nodig zou hebben, en ik dacht: “De kraamweek doe ik rustig aan, daarna lukt het wel weer.” De kraamweek werd verlengd tot het maximale, maar het lukte nog niet. “Na de zomer, dan kan ik het zelf”, hield ik mezelf voor. De zomer kwam en ging, maar helaas. “Als Joël eenmaal doorslaapt en ik zelf meer kan rusten, dan komt het allemaal goed,” was de hoop die ik daarna koesterde. Maanden later was dat moment van doorslapen daar, maar de hoop werd geen werkelijkheid. “Als ik mijn revalidatietraject achter de rug heb, dan ben ik weer de oude,” droomde ik. Het revalidatietraject is inmiddels nog steeds niet achter de rug…
Fantoompijn
En nu, ruim 20 maanden later, heb ik fantoompijn. Niet letterlijk, maar figuurlijk. Ik heb pijn om alles wat ik had gewild, maar wat geen werkelijkheid geworden is. Ik droomde van ons gezin met een schitterend prinsesje en een kleine stoere prins. Met een vader en moeder die de koning te rijk waren. Dat we samen het leven konden leven.
In plaats daarvan leefde het leven ons. De weg liep anders dan we hadden gedacht, gedroomd, gehoopt. En nu, ruim 20 maanden later, realiseer ik me welk gevoel dit mij geeft: fantoompijn – verdriet om alles wat ik had gedroomd, maar wat geen werkelijkheid is geworden.
God
Op weer een dag denk ik hierover na. En ineens dringt de vraag zich onomstotelijk aan me op: “Heeft God misschien ook fantoompijn?” Heeft God misschien ook verdriet om alles wat had kunnen zijn, maar wat niet zo is? Huilt God ook om gebroken dromen?
God creëerde een aarde. Met alles erop en eraan. Met alle potentie om een fantastische werkelijkheid te zijn. Maar wat liep dat anders… Heeft ook God, misschien, fantoompijn?
Toen Jezus bij het graf van Lazarus stond – toen huilde Hij. Toen Jezus, vlak voor zijn sterven en opstanding, Jeruzalem binnenreed – toen huilde Hij. Zag Jezus misschien alles wat had kúnnen zijn, maar wat geen werkelijkheid was geworden? Had Jezus, misschien, fantoompijn?
Paradoxale liefde
De pijn die ikzelf ervaar, is het directe gevolg van het bestaan van Elianne en Joël. Waren zij niet geboren, dan had ik deze pijn niet. En toch maakt me dat niets uit. Uit alle macht wil ik het beste voor hen, júíst voor hen. Het beetje energie wat ik heb, gaat hoofdzakelijk naar hén. Het grootste deel van wat ik nog te geven heb, gaat naar hén. Ik ga tot het uiterste voor hén omdat ik meer van hen houd dan van het leven zelf.
Het maakt me stil. Zegt ook dit dan, misschien, iets over God? Is God misschien een God die fantoompijn heeft, maar ondanks dat uit alle macht het beste wil voor mensen, voor mij? Geeft God zijn volledige Zelf, gaat God verder dan het uiterste, in Jezus, voor ons, voor mij? Zag Jezus Jeruzalem, en huilde Hij, maar ging Hij vervolgens dieper dan het leven zelf, tot in de dood, uit…liefde? Begrijp ik ook maar iets van Gods liefde?
Fantoompijn en God
Ik heb fantoompijn: ik huil om gebroken dromen. Maar ik ben in goed gezelschap, geloof ik.
3 reacties
Ontzettend mooi kan jij schrijven, Erika. Ik zal voor je bidden. Stetkte.
Linda
Ah, super lief, Linda.
Dank je wel!
[…] dingen te kunnen delen uit mijn zoektocht naar het goede. Begin dit jaar schreef ik een blog over gebroken dromen: over de rauwe werkelijkheid van de afgelopen 2,5 jaar waarin de ene na de andere droom sneuvelde. […]